STEF België, toonaangevende nationale speler op het gebied van transport en logistiek voor gekoelde voedingsmiddelen, versnelt zijn inspanningen om koolstofarm te worden door 65% van zijn vloot aan vrachtwagens op HVO (Hydrotreated Vegetable Oil) te laten rijden tegen het einde van het eerste kwartaal van 2026.
Een onmiddellijke oplossing: HVO
HVO is een hernieuwbare brandstof die wordt geproduceerd uit plantaardige oliën en organisch afval en staat bekend om zijn aanzienlijke vermindering van de uitstoot van kooldioxide (CO₂e). Het wordt zuiver of gemengd met conventionele diesel gebruikt en heeft als groot voordeel dat er slechts kleine technische aanpassingen aan bestaande voertuigen nodig zijn, voornamelijk aan de brandstoftank en het brandstofsysteem, zodat er niet in nieuwe motoren moet worden geïnvesteerd.
Een implementatie per vestiging
Sinds april 2025 gebruikt STEF België een HVO20-mengsel (20% HVO en 80% conventionele diesel) voor de vrachtwagens van zijn transportvestiging in Saintes. Eind september 2025 heeft de transportvestiging in Oostkamp dezelfde oplossing ingevoerd. Het wagenpark telt nu bijna 90 vrachtwagens die op deze brandstof rijden. In de komende maanden zal ook de transportlocatie in Doornik deze oplossing invoeren en zal Saintes HVO20 uitbreiden naar al haar vrachtwagens.
Meetbare ecologische resultaten
Tegen het einde van het eerste kwartaal van 2026 zullen 170 vrachtwagens op HVO20 rijden, wat neerkomt op 65% van de vloot vrachtwagens van STEF België. Dit initiatief zal de CO₂e-uitstoot per voertuig met gemiddeld 16% verminderen, wat neerkomt op een besparing van 2.200 ton CO₂e per jaar voor het hele wagenpark in vergelijking met conventionele diesel.
Bastien Dreano, algemeen directeur van STEF België, vertelt: “HVO is onze keuze om nu actie te ondernemen om transport koolstofarm te maken. Het is een oplossing die operationele prestaties en respect voor het milieu met elkaar kan combineren, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van de dienstverlening die onze klanten verwachten. Deze eerste stap bereidt ons ook voor op toekomstige energietransities.”