Op de Franse nationale feestdag trekken UPTR en FEDIEX opnieuw aan de alarmbel. Ze roepen de Franse overheid op om een eind te maken aan een absurde situatie: het verbod op grensoverschrijdend vervoer met vrachtwagens tot 44 ton op vijf assen.
In België én in Frankrijk mogen vrachtwagens tot 44 ton rijden. Toch geldt sinds 1 januari 2022 een verbod om met dat gewicht de grens over te steken. Dat komt door een Frans decreet uit juli 2021, dat de wegcode aanpaste. Het gevolg? Tussen de twee landen blijft het maximale gewicht beperkt tot 40 ton, zelfs al zijn de voertuigen technisch geschikt voor 44 ton.
UPTR en FEDIEX wijzen erop dat het Europees Parlement in maart 2024 instemde met een herziening van de richtlijn over maten en gewichten. Die aanpassing moet grensoverschrijdend vervoer vergemakkelijken en duurzamere transportopties aanmoedigen. Maar de Europese Raad heeft daar voorlopig nog geen akkoord over bereikt.
Toch hoeft Frankrijk niet te wachten op Europa. Volgens beide federaties kan het land perfect zelfstandig beslissen om het verbod op te heffen. De nieuwe richtlijn verplicht lidstaten immers om voertuigen uit andere EU-landen toe te laten, zolang ze aan dezelfde technische eisen voldoen als de binnenlandse vrachtwagens.
Er is dus niets dat Frankrijk tegenhoudt om die logica nu al toe te passen. Een pragmatische oplossing ligt voor de hand — en is dringend nodig voor de transportsector.
Michel Calozet, secretaris-generaal van FEDIEX, wijst op de concrete gevolgen:
“De huidige situatie leidt tot een verlies van vier ton nuttig laadvermogen per vrachtwagen. Wanneer er slechts 24 ton geladen mag worden in plaats van 28, betekent dit dat er 15% meer vrachtwagens nodig zijn op de weg voor hetzelfde volume.”
Volgens FEDIEX en UPTR is deze beperking economisch inefficiënt, ecologisch nadelig en maatschappelijk niet langer te verantwoorden.
Michaël Reul, secretaris-generaal van UPTR, betreurt bovendien “de vereenvoudigingen, misvattingen en ‘fake news’ over zogenaamde ‘megacamions’ die dit dossier al maandenlang vertroebelen.”
Beide Belgische organisaties sluiten zich aan bij het standpunt van de Franse transportfederaties: het is dringend tijd voor een evenwichtige en werkbare oplossing die economische concurrentiekracht verenigt met ecologische verantwoordelijkheid.